Tablet | Hoofdstuk | Inhoud |
1. | 1:1--2:4b | Dit is de geschiedenis van hemel en aarde |
2. | 2:4b--5:1 | Dit is het geslachtsregister van Adam |
3. | 5:2--6:9a | Dit is de geschiedenis van Noach |
4. | 6:9b--10:1 | Dit is de geschiedenis van de zonen van Noach |
5. | 10:1b--11:10a | Dit is de geschiedenis van Sem |
6. | 11:10b--11:27 | Dit is de geschiedenis van Terah |
7 en 8. | 11:27b--25:19 | Dit is de geschiedenis van Ismael en Isaäk |
9--11. | 15:19b--27:2a | Dit is de geschiedenis van Esau en Jakob |
Whether all these days are one day?
Dit zijn de [6]geboorten des hemels en der aarde, als zij geschapen werden; ten dage als [7]de HEERE God de aarde en den hemel maakte.
6. Dat is, oorsprong of beginselen. Verg. Ps.90:2 met de aant.
7. Na de voleinding van het werk der schepping, wordt hier allereerst God de naam van JEHOVAH gegeven, betekenende den zelfstandige, den zelfwezende, van zichzelven zijnde van eeuwigheid tot eeuwigheid en de oorsprong of oorzaak van het wezen aller dingen, waarom ook deze naam den waren God alleen toekomt. Onthoud dit eens voor al: waar gij voortaan het woord HEERE met grote letters geschreven vindt, dat aldaar in het Hebr. het woord JEHOVAH of korter JAH staat.